Grotten van België
Grotten worden hoofdzakelijk gevormd in Karstgebied. Karst komt voor in streken waar kalksteen aan de oppervlakte ligt en daar wordt aangetast door de zure eigenschappen van regenwater. Maar ook ondergronds wordt kalksteen door zuur insijpelingswater opgelost en worden ondergrondse galerijen en Karst pijpen gevormd.
Karstgebied vinden we in België uitsluitend in het zuiden en zuidoosten van het land (provincies Namen, Luik, Luxemburg en Henegouwen). Het gaat hier om twee belangrijke kalksteenlagen die in verschillende tijdsperioden zijn afgezet in de toenmalige zeeën. Grotten werden pas veel later gevormd, tijdens de interglaciale periodes. De opwarming van het klimaat produceerde veel smeltwater van de ijskap. Die gigantische hoeveelheden water deden op hun beurt de grotten ontstaan, door chemische en mechanische inwerking op de kalksteen. Vaak gebeurde dat via zowel verticale als horizontale breuken en barsten in de kalksteen.
De grootste Belgische grotten vinden we in de kalkafzettingen die tijdens het Devoon zijn ontstaan zoals die van Hotton en Han. Hier hebben de grotten een lengteontwikkeling van verscheidene kilometers ondergrondse galerijen en zalen. De ontwikkeling van Belgische grotten in de diepte werd en wordt beperkt door een gebrek aan hoogteverschillen en door de vele plooiingen in de kalksteen.
De vele grotten in de Ardennen zijn absoluut een bezoek waard. Zo’n bezoek wordt gehonoreerd met het aanschouwen van spectaculaire ondergrondse ruimtes met stalactieten en stalagmieten in diverse kleuren, soms een ondergronds meer of een rivier. De langste ondergrondse boottocht maakt u zelfs in één van de Ardense grotten in Remouchamps.