Gesteentevormende mineralen
Er zijn meer dan 4800 mineralen bekend en steeds worden nog nieuwe ontdekt.
Slechts ongeveer honderd mineralen zijn van meer algemene betekenis, sommige omdat ze veel voorkomen en andere omdat ze speciale eigenschappen bezitten, die voor de mens waardevol zijn. Voor de opbouw der gesteenten zijn slechts een beperkt aantal mineralen van belang.
Tegenwoordig wordt het omvangrijke gebied van de studie der mineralen verdeeld in algemene mineralogie en systematische mineralogie. In het algemene deel worden het ontstaan, de bouw en de natuurkundige eigenschappen der mineralen behandeld, terwijl in het systematische gedeelte de mineralen of mineraal-groepen afzonderlijk beschouwd worden.
Vele namen zijn ontleend aan de taal der mijnwerkers of de volksmond, andere zijn kunstmatig gevormd. Veel Duitse benamingen werden ook door het buitenland overgenomen, omdat Duitse geleerden een groot aandeel in de ontwikkeling der moderne mineralogie gehad hebben.
Mineralen kunnen op verschillende manieren ontstaan. Bekende mineralen als veldspaat, kwarts en glimmer ontstaan uit een heet vloeibare smelt en haar gassen, gewoonlijk in het binnenste der aarde en zelden uit de lava aan de oppervlakte. Andere mineralen ontstaan uit waterige oplossingen of met behulp van organismen en weer andere door her kristallisatie van reeds bestaande mineralen door verhoging van druk en temperatuur. Vele mineralen komen samen voor in bepaalde gezelschappen, bijv. veldspaat en kwarts andere sluiten elkaar uit bijv. veldspaat en steenzout).
Zoals gezegd zijn van de meer dan 4800 mineralen er slechts een beperkt aantal van
belang voor de samenstelling van gesteenten de zogenaamde gesteentevormende mineralen. Vele hebben een voorkeur voor bepaalde gesteenten, of komen daarin uitsluitend voor. De mineralen die voornamelijk een gesteente opbouwen, noemt men de hoofdbestanddelen; accessorische bestanddelen zijn de mineralen die een veel minder groot aandeel hebben in het volume van het gesteente.
Voor de drie grote gesteentegroepen, de stollingsgesteenten, de afzettingsgesteenten en de metamorfe gesteenten, zijn de volgende mineralen kenmerkend:
Mineralen in stollingsgesteenten bestaan hoofdzakelijk uit kwarts, veldspaat, veldspaatvervangers met daarnaast glimmers, augiet, hoornblende en olivijn.
Accessorische bestanddelen zijn veelal magnetiet, apatiet, pyriet, fluoriet en verder anthofylliet, hematiet, ilmeniet, natroliet, rutiel, titaniet, zirkoon.
Kenmerkend als gesteente-opbouwers van sedimenten zijn zoutmineralen, kalkmineralen, dolomiet, bariet, coelestien, strontianiet, witheriet en klei-mineralen. Daarnaast komen ertsen voor en de meeste der magmatisch ontstane mineralen als kwarts, glimmer, veldspaat.
Naast kwarts, veldspaat, glimmer, augiet, hoornblende en olivijn zijn de volgende mineralen typisch voor metamorfe gesteenten: andalusiet, chloriet, cordieriet, distheen, epidoot, granaat, grafiet, prehniet, serpentijn, sillimaniet, stauroliet, talk, vesuviaan, wollastoniet, zoïsiet.
Mineralen worden in Europa doorgaans in groepen verdeeld volgens de classificatie van Strunz. De indeling is op grond van hun chemische samenstelling en kristalstructuur.
1. De elementen
2. De sulfiden en verwanten
3. De halogeniden
4. De oxiden en hydroxiden
5. De carbonaten
6. Boraten
7. De sulfaten
8. De fosfaten, arsenaten en vanadaten
9. De silicaten
10. De organische verbindingen
Voor een verdere indeling: zie de Classificatie van Strunz:
De meest recente lijst van de meer dan 4800 door het IMA in kaart gebrachte mineralen is hier te vinden.
Alle mineralen bevatten eigenschappen op grond waarvan determinatie mogelijk is:
Voor de amateur voldoen in eerste instantie
De kristalvorm;
De kleur;
De glans;
De streepkleur;
De hardheid; zie de Hardheidsschaal van Mohs
Voor een verdere analyse komen in aanmerking
Het kristalstelsel;
De lichtdoorlaatbaarheid;
De kleur van de vlam;
De splijting;
De breuk;
Het magnetisme;
De radioactiviteit;
De oplosbaarheid;
Het smeltgedrag.
Op de site hebben we gekozen voor een indeling naar:
Mineralen in stollingsgesteenten
Mineralen in afzettingsgesteenten
Mineralen in metamorfe gesteenten
Mineralen in stollingsgesteenten
1. Kwarts
2. Veldspaat
3. Veldspaatvervangers
4. Glimmers
5. Augiet
6. Hoornblende
7. Olivijn
8. Accessorische bestanddelen
Mineralen in afzettingsgesteenten
1. Zoutmineralen
2. Calciummineralen
3. Dolomiet
4. Bariet
5. Coelestien
6. Strontianiet
7. Witheriet
8. Kleimineralen
Mineralen in metamorfe gesteenten
1. Kwarts (zie groep Mineralen in stollingsgesteenten)
2. Veldspaat (zie groep Mineralen in stollingsgesteenten)
3. Glimmer (zie groep Mineralen in stollingsgesteenten)
4. Augiet
5. Olivijn
6. Hoornblende
7. Granaat
8. Grafiet
9. Prehniet
10. Serpentijngroep
11. Sillimaniet
12. Stauroliet
13. Talk
14. Pyrofylliet
15. Vesuviaan
16. Wollastoniet
17. Zoïsiet
18. Andalusiet
19. Chloriet
20. Cordieriet
21. Distheen
22. Epidoot